Verwarm de oven voor op 200 graden (boven- en onderwarmte) en bekleed een bakblik met bakpapier.

Kook de krieltjes 5 minuten voor in kokend water en giet af. Meng met de wortel, knolselderij en teentjes knoflook op het bakblik. Voeg een scheut bakolijfolie en snuf zout toe en meng alles door elkaar. Zet in de oven en rooster circa 35 minuten tot de groenten beetgaar zijn (of 10 minuten langer als je je groenten meer gaar wilt hebben, prik er even met een vork in om het te testen). Schep halverwege om en rasp de laatste 5 minuten nog een royale hoeveelheid Parmezaanse kaas erover.

Fruit ondertussen de sjalot 2 minuten in een hapjespan met 1 eetlepel bakolijfolie. Voeg de spinazie toe en bak tot deze s geslonken. Schep over in een vergiet en druk al het overtollige vocht eruit.

Hak de amandelen fijn in een hakmolen en meng dit samen met de spinazie en 1 eetlepel balsamicoazijn in een kom. Breng goed op smaak met peper en zout.

Snijd de kipfilets in de lengte doormidden zodat je 2 platte filets krijgt. Leg deze tussen 2 vellen bakpapier en sla plat met een vleeshamer of zware pan. Leg ze daarna op een plank en bestrooi met peper en zout.

Schep ongeveer 1 eetlepel van de spinazievulling op het midden van de kipfilet, rol op en bind het kiprolletje vast met keukentouw.

Verhit een koekenpan, schenk een scheut bakolijfolie erin en bak de 8 kiprolletjes rondom bruin aan. Zet het vuur lager en schenk een scheut balsamicoazijn in de pan, de bodem van de pan mag net helemaal gevuld zijn. Zet het deksel op de pan en gaar de kiprolletjes in circa 20 minuten. Draai ze geregeld om.

Schep de krieltjes en groenten in een mooie schaal, leg daar de kiprolletjes op en bestrooi met peterselie.