Kervel. Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik kook dus nooit met kervel. En dat heeft niets met het kruid zelf te maken. Het heeft een heerlijke frisse smaak die iets van peterselie en anijs weg heeft. Maar het staat niet zo hoog op mijn lijstje als peterselie, basilicum en rozemarijn. Misschien komt het ook omdat het niet overal verkrijgbaar is.
Maar, een week geleden zat er dus een joekel van een bos kervel in mijn Krat. En er zat heerlijk vers rundergehakt in van Waterland’s Weelde. Dat samen combineerde heel goed tot een soepje, volgens de receptenbundel van die week. Dus ik aan de slag.
Wat je nodig hebt voor 1,2 liter soep
200gr rundergehakt
2 sjalotjes
1 snee wit brood of 1el paneermeel
20 – 30 gr (grote bos) verse kervel
1 liter groentebouillon (van blokje)
olijfolie extra vergine
olijfolie om in te bakken
peper
zeezout
Wat je gaat doen:
Hak de sjalotjes heel fijn. Doe het rundergehakt in een schaal en doe hier de helft van de gehakte sjalot bij. Verkruimel het witte brood erover of doe de paneermeel erbij. Breng het gehakt op smaak met peper en zout. Meng het gehaktmengsel heel goed door elkaar met je handen en rol er daarna mooie kleine gehaktballetjes van.
Neem een soeppan en verwarm hier wat olijfolie in. Fruit de andere helft van de gehakte sjalot hier zachtjes in totdat het een beetje bruin wordt. Voeg dan een liter water toe en de bouillonblokjes en breng dit aan de kook. Laat de gehaktballetjes circa 10 minuten zachtjes koken in de bouillon.
Was in de tussentijd de kervel heel goed. Snijd de bos in 2en en doe dit in de keukenmachine samen met 1 eetlepel olijfolie extra vergine en een beetje water. Maal de kervel helemaal fijn totdat je een mooie pasta hebt.
Als de gehaktballetjes gaar zijn, voeg je het kervelmengsel toe aan de soep. Goed doorroeren en zachtjes nog even een minuutje of 2 laten pruttelen. Proef of het nog wat smaak nodig heeft, maar waarschijnlijk is het al goed op smaak :).