Het ziet er misschien uit als taart, maar het is het niet. Wat deze clafoutis dan wel is? Een gebakken dessert of misschien wel een hele luxe pannenkoek. De meningen zijn erover verdeeld, maar ik denk dat we het wel allemaal met elkaar eens zijn dat een clafoutis verrukkelijk is. Volgens de traditionele Franse keuken behoor je een clafoutis met kersen te maken. Daar mag je natuurlijk ook mee variëren. Bijvoorbeeld met pruimen, peer en bessen. Of met druiven, zoals in het recept wat ik in La Cucina Italiana vond, de Italianen zijn dus ook niet vies van dit Franse baksel. Ik gebruikte de eerste keer blauwe druiven en daarna ook nog een keer de witte. Doe ermee wat je wilt, als je het basisrecept aanhoudt kun je naar hartenlust variëren met soorten fruit. Leuke tip: je kunt de clafoutis in een quichevorm bakken (geen springvorm graag, dan kun je dweilen) of je gebruikt mini ovenvaste schaaltjes ervoor. Zo serveer je als dessert aan iedereen een eigen bakje.
Wat je nodig hebt
– 2 grote of 3 kleine eieren
– 80gr witte basterdsuiker
– 80gr bloem
– 1tl bakpoeder
– snufje zout
– 1tl vanille extract of merg van 1 vanillestokje
– 180ml volle melk
– 300gr druiven
– om te serveren: poedersuiker
Wat je gaat doen
Verwarm de oven voor op 175 graden en vet een (gesloten) quichevorm in.
Klop de eieren los met de basterdsuiker. Zeef de bloem en bakpoeder hierboven en klop door elkaar met het zout en vanille extract. Als laatste komt de melk erbij. Klop nog even door totdat je een mengsel hebt zonder klontjes.
Verdeel de druiven over de quichevorm en schenk hier het beslag op. Verdeel de druiven eventueel met je vingers nog wat gelijkmatiger in de vorm. Bak de clafoutis 30 minuten in een gesloten oven (niet tussentijds openen). Laat de clafoutis daarna afkoelen. Serveer lauwwarm en bestuif vlak daarvoor met poedersuiker.
Volg Francesca Kookt! ook op Facebook, Twitter, Google+, Bloglovin’ of Instagram.